A SMALL MARGIN OF ERROR
Pijn
"Het was nogal een flinke knaap," zei de kaakchirurg, en hij bedoelde de
verstandskies die hij zojuist had uitgebroken. Ik had drie dagen koorts, en
een wang alsof ik pruimtabak gebruikte. Daarna ging de boel ontsteken. Ik
moest terug. De dokter kwam, zag, en stak toe. Tsjaká! het mes erin.
"Oh, het kan even zeer doen," zei ze er nog bij, maar toen was het al gebeurd.
Aardige mensen daar op de afdeling kaakchirurgie, maar pijn deed het dus wel.
Ik verhipte van de pijn—letterlijk, want je kunt domweg niet stil blijven
staan, je blijft een beetje dom heen en weer hoppen van de ene voet op de
andere. Toen begreep ik hoe mensen doorslaan als ze worden gemarteld. Zo erg
had ik het nog nooit meegemaakt.
Tot aan die zaterdagmorgen. Het was zes uur, ik moest even plassen. Op
de weg terug naar mijn bed begon links onderin mijn rug een vage pijn uit te
stralen. Nog voordat ik de dekens weer over me heen had voelde het als een
Koeweitse oliebron na Desert Storm. "Oh help," dacht ik, " laat het
niet zijn wat ik denk dat het is!" Het wás wat ik dacht dat het was:
mijn eerste niersteenkoliek.
Ik had het al eens gezien bij mijn vader. Nu begreep ik hem. Mijn
verstandskies verbleekte ogenblikkelijk. Dít is pijn! Je verhipt niet
eens meer, je schreeuwt het uit. Je móet rondlopen. Alleen dan ben je
een klein beetje afgeleid van de pijn—zodra je stilstaat, -zit of -ligt is
je hele bewustzijn alleen nog maar gericht op die pijn.
Ik belde de dokter, maar omdat het zaterdagochtend vroeg was kreeg ik de
telefoondienst aan de lijn. Het was een oude dame—die doen soort werk
waarschijnlijk omdat ze toch niet kunnen slapen. "Is het accuut?" vroeg ze
vriendelijk en langzaam. "Mens, ik STERF van de pijn!!!" heb ik uitgeroepen
(of iets in die geest, want het staat me niet helemaal helder voor geest).
Het was niet zo vriendelijk maar wel heel erg gemeend. Ze nam het onbewogen
op. "De dokter belt u zodadelijk terug," zei ze onverstoorbaar. Het duurde
een eeuwigheid.
Ik weet niet meer wat ik in de tussentijd heb gedaan. Achteraf kan ik me
zelfs de pijn als zodanig niet meer herinneren. Alleen dat het vreselijk pijn
deed, en dat ik alleen nog maar door de kamer liep en hardop tegen mezelf
praatte. Toen bij de dokter, een injectie, en de pijn die binnen een paar
minuten verdwijnt.
Het heeft mijn vertrouwen in de wetenschap nog eens bevestigd, en mijn
wantrouwen jegens die slappe zak met water die ons lichaam is.
© Roelof Ruules
|