A SMALL MARGIN OF ERROR
Economie 2
Marten Toonder had het goed gezien toen hij het Bommel-verhaal ‘De
windhandel’ schreef: beurshandel is handel in gebakken lucht. Vroeg of laat
springen de ballonnetjes, en dan is het huilen.
Toen ik op 24 februari van dit jaar mijn kolom ‘Economie’ inklopte, had ik
nog nooit van Nick Leeson gehoord. Twee dagen later bleek hij jonger te zijn
dan ik, en bovendien verdwenen, terwijl zijn werkgever (of wat daar nog van
over was) bijna twee miljard gulden armer was. Op de foto keek hij ons nog
lachend aan. Een doorsnee yup, met ongetwijfeld een bar, een bad en een
bibliotheek in zijn ongetwijfeld veel te grote villa. Het huilen was groot.
Eén man bleek een gerenommeerde bank binnen een zeer beperkte tijd te
gronde te kunnen richten. Het was ook een beetje ‘eigen schuld, dikke bult’.
Meneer Leeson bleek zowel chef van de afdeling handel, als chef van de
afdeling die de handel controleert. Meneer Leeson (1966) controleert meneer
Leeson (28 jaar). De beurshandel heeft inderdaad iets van een stripverhaal.
Van meneer Leeson heb ik niet wakker gelegen, maar berichten uit de
periferie van zijn ondergang bleven langer hangen. Meneer Leeson bleek te
handelen in derivaten. Nu heb ik vijftien jaar lang gedacht dat derivaten
alleen voorkwamen in de scheikunde, en eventueel in de drugshandel. Mij hangt
in dit verband nog het woord ‘opiumderivaat’ voor de geest. Maar ik ben nooit
erg goed geweest in scheikunde, en van drugs weet ik nog minder, dus ik kan
mij al die tijd vergist hebben. Maar goed, beurs-derivaten dus. Er bleek
over de hele wereld een bedrag van vijfentwintig biljoen gulden open te staan
aan derivaten. Althans, dat was het bedrag dat over tafel zou gaan indien die
derivaten nú afgerekend zouden gaan worden.
Ik schrok er toch even van: 25.000.000.000.000 gulden, dat is vijfduizend
gulden per aardbewoner. Dat lijkt misschien niet veel, maar probeer het maar
eens uit te leggen aan de bewoners van een willekeurige sloppenwijk in de
derde wereld. De krant deed er geruststellend over: het was wel erg veel geld,
maar het was ook ‘hard’ geld. Als er iemand een bedrag x aan derivaten
armer wordt, dan wordt er iemand anders datzelfde bedrag rijker. Dat kan wel
zo zijn, maar het geld moet wel eerst ergens vandaan komen.
Het is zo’n typische economische luchtballon. In de natuurkunde kennen we
diverse behoudswetten, maar ik heb nog nooit een econoom gehoord over de wet
van behoud van geld…
© Roelof Ruules
|